Zindelijkheid is een belangrijk onderwerp in de eerste paar weken als je een jonge hond in huis hebt genomen.
Waar een puppy zichzelf graag laat gaan, wordt “ondergrondse voorkeur” genoemd
Misschien heb je wel eens gehoord dat er puppy’s zijn die, aan het begin van hun nieuwe gezin, alleen “hun zaken doen” op tapijt, of alleen op tegels, of dekens, of… wat het ook is.
Dit heeft veel te maken met hoe de puppy de eerste weken van zijn leven heeft doorgebracht. Terwijl het hondje nog leert om te leven met zijn broers en zussen en zijn moeder, wordt de ondergrondse voorkeur gevormd.
Het hangt af van de ondergrond waarop het hondje in de eerste weken aan zijn behoeften heeft voldaan, worden deze ondergronden als acceptabele ondergronden voor deze actie beschouwd.
Dit maakt het duidelijk, als de puppy’s uitsluitend in het huis van de fokker woonden op tapijt of een harde vloer, lijkt het volkomen normaal dat de kleine dwerg in het nieuwe huis hetzelfde hier doet. Aan de andere kant zal het hem heel vreemd lijken om plotseling in een weiland te hurken als hij het nog nooit eerder heeft gedaan.
Als het pelsbolletje op de leeftijd van 8-10 weken bij je intrekt, zijn de lichaamsfuncties nog niet zo goed ontwikkeld dat de sluitspier volledig functioneert. Als je puppy “moet” doe het dan heel snel en zonder in eerste instantie veel invloed te hebben op wanneer het gebeurt.
Het kan tot 6 maanden duren voordat deze lichaamsfunctie volledig onder controle is. Zodat hij zich snel buiten kan ontlasten, kun je hem van tevoren naar buiten brengen wanneer hij hoogstwaarschijnlijk de drang voelt.
Om dit tijdstip te achterhalen helpt het niet om volgens een vast schema te werk te gaan. Het is beter als je goed oplet welke signalen jouw puppy laat zien voordat hij gaat plassen of poepen. Sommigen gaan even rondjes draaien, anderen rennen gewoon wat krampachtiger heen en weer, je merkt al snel wat je pup aan het doen is.
In het begin kun je er vanuit gaan dat wanneer de bloedsomloop van de pup op gang komt, ook de blaas en darmen daarna aan het woord komen.
Zolang je niet zeker weet hoe je de puppy aangeeft dat hij of zij naar buiten moet, breng de pup dan altijd naar buiten in de volgende situaties:
- na het slapen
- na het eten
- na het spelen
Zo is je puppy snel zindelijk.
De “rustige plek” voor de hond.
Ja, misschien denk je, nu worden ze gek, een rustige plek voor de hond? Maar ik zeg niet dat je een toilet voor je hond moet hebben. Maar dat de plek waar je in het begin naartoe gaat, om zich te ontlasten, zo ontspannen mogelijk is. Het helpt als je een plek hebt waar je altijd naartoe gaat. Deze plaats moet zo stil mogelijk zijn. Niet dat er altijd andere honden, mensen of andere totaal spannende dingen voor je hond zijn. Het kan ontzettend saai zijn, zodat jouw puppy niet wordt afgeleid en volledig kan ontspannen.
Wat vaak aangegeven wordt door eigenaren van een puppy: “We waren extra lang weg, maar er gebeurde niets en toen we terugkwamen, plasde hij op het tapijt.” Vaak is de reden dat er buiten zoveel prikkels gebeuren en alles zo spannend is voor de kleine hond dat ontspannen en rustig neerhurken gewoon niet mogelijk is.
Een kleine hint hierover voor winterpuppy’s. Met deze kleine, naakte, dikke puppybuik is het eigenlijk gewoon ongemakkelijk om in de sneeuw te hurken. Als je de kans hebt, laat de puppy op een droge plek wat doen.
Moet ik de pup daarvoor belonen? En zo ja, hoe?
Steeds weer is het aan te raden om na een geslaagde missie een klein feestje te organiseren. Wij zijn er immers blij mee, en laat de pup maar merken dat wij er blij mee zijn, maar slechts een klein feestje. Geen groot feest dus.
Ik raad daarom aan om de puppy NA de actie rustig te prijzen en niet tijdens de actie (anders kan hij zelfs afbreken in afwachting van een beloning). Je kunt blij zijn en je hond eerlijke waardering tonen. Dit is zoveel meer waard dan het grote feest met schreeuwen en springen.
Met het plasdagboek naar meer succes
Soms is het handig om de gewoontes van de hond op te schrijven. Dit maakt het gemakkelijker om successen te zien en maakt het tegelijkertijd mogelijk om te identificeren waarom dingen soms niet zo goed werken. Schrijf dus op wanneer jouw hond wat doet, d.w.z. tijd en situatie (voor het slapen, spelen, eten, etc.) en ook wanneer er een ongelukje is gebeurd. Aan de ene kant zie je hoe vaak je overdag buiten bent, maar ook hoe het “succespercentage” zich ontwikkelt.
Als er vaker ongelukjes gebeuren, krijg je met zo’n dagboek nuttige informatie over wat de reden zou kunnen zijn.
Plassen op “commando”.
Als je er al een beetje aan gewend bent, kun je het proces ook een naam gaan geven. Dus wanneer je pup zijn behoefte doet, zeg je het signaal waar je hem voor wilt gebruiken. Zeg het rustig en nonchalant, zodat de hond zich niet echt aangesproken voelt. Na verloop van tijd zal dit signaal ook een fysieke reactie veroorzaken.
Het kan zomaar zijn dat de hond inderdaad kan leren om zijn behoefte op commando te doen. En dat is erg handig als de dierenarts wat urine nodig mocht hebben, bijvoorbeeld.
Wat te doen als er een ongelukje is gebeurd?
Zoals hierboven al geschreven, willen honden van nature hun “thuis” schoon houden. Dus als de puppy niet zindelijk is, is de oorzaak niet dat hij het niet wil, maar omdat hij het nog niet door heeft. Verwijder ongelukjes zonder commentaar en noteer ze in het plasdagboek.
Zorg er ook voor dat je de geur goed verwijdert. Vooral in textiel blijft de geur voor honden heel lang waarneembaar. Waar al een geur van uitwerpselen hangt, is de kans groot dat deze plek weer gebruikt gaat worden.
Als je moeite hebt om je puppy zindelijk te maken, breng hem dan naar een dierenarts om te kijken of hij de hond wat onder de leden heeft. Blaasontstekingen ontwikkelen zich snel, vooral bij puppy’s. Als er geen gezondheidsprobleem is, zoek dan hulp bij een ervaren trainer zodat je samen tot een oplossing kunt komen voor jouw situatie.